Henny Thijssing-Boer (1933 – 2011)
Ze werd de koningin van de streekroman genoemd, maar die kroon was eigenlijk te klein. De dinsdag in Winschoten overleden Henny Thijssing-Boer was een fenomeen op zichzelf. Ze wist wat haar lezers wilden lezen en gaf hen dat: vertellingen over gewone mensen die op eigen kracht, door volharding en geduld, hun problemen weten te overwinnen. Regelmatig gebruikte ze daarbij het Groninger platteland als decor, maar haar verhalen waren nooit streekgebonden. "Het waren gewone romans, voor iedereen", zei ze in haar laatste interview met Dagblad van het Noorden.
Met iedereen doelde Henny Thijssing-Boer vooral op de leden van de Vereniging Christelijke Lectuur (VCL), lezers die via uitgeverij Kok op haar werk waren geabonneerd. En op de tweede plaats doelde ze op de leden van de openbare bibliotheken. Aan de VCL-lezers verkocht ze naar schatting twee miljoen boeken. De bibliotheekleden bezorgden haar een vaste plek in de top tien van de meest geleende auteurs van ons land.
Henny Thijssing-Boer werd in 1933 als Hendrikje Boer in Sint-Annen geboren. Ze was de dochter van een boerenknecht die lange tijd in Warffum werkte. Op haar twintigste trouwde ze een beroepsmilitair met wie ze twee kinderen kreeg. Na een reeks verhuizingen keerde ze begin jaren zeventig terug naar het Noorden waar ze begon te schrijven. Haar eerste roman, Als de tijd daar is uit 1973, vertelt over een moeizaam huwelijk en een oude liefde op een boerderij.
In de jaren tachtig groeide de bescheiden Thijssing-Boer met twee, drie nieuwe titels per jaar uit tot een van de meest gelezen schrijvers van ons land. Haar kracht als auteur zat in haar inlevingsvermogen en haar gave emotioneel gecompliceerde problemen overzichtelijk te houden zonder dat deze aan geloofwaardigheid verloren. In haar boeken komen veel onmogelijke liefdes en gebroken relaties voor, maar vormt het gezin steevast een element om op te bouwen.
Bijna honderd romans schreef Thijssing-Boer. Ze dragen titels als De vrouw die mij gegeven werd, Hoe de wind ook waait, De herinnering blijft, Op vleugels van de tijd, Je beloofde me liefde en Thuiskomen in jezelf. Hoogtepunt in haar oeuvre zijn haar trilogieën waarin complete generaties worden beschreven. Zelf was ze erg tevreden over de Fenne-trilogie uit 1980. In 2008, ze was toen al geëerd met de Zilveren Erepenning van de provincie Groningen én koninklijk onderscheiden, verscheen haar laatste boek, Het jongetje Duco.
Thijssing-Boer was naar eigen zeggen uitgeschreven. Sindsdien leefde ze teruggetrokken, gehinderd door een broos geworden gezondheid; een longziekte speelden haar parten. Maar haar werk bleef onverminderd populair. Dat merkte ook Dagblad van het Noorden waar tot dit voorjaar haar verhalen als feuilleton werden afgedrukt. Slotzin van de allerlaatste aflevering: ‘Laat geen opening toe, laat de cirkel sluitend blijven.'
Henny Thijssing-Boer wordt in besloten kring begraven. Ze is 77 jaar geworden.
Bron: Woest en Ledig.